AutoZeelandtest van de BMW 120 mild hybrid M-Sportpakket

BMW heeft na 5 jaar de ‘Einser’ fors aangepakt en hem weer up-to-date gemaakt voor de toekomst. Een welkome stap zeker gezien het feit dat de verkopen de laatste tijd wat terugliepen. Ik testte de 120 met de 1,5 liter turbo driecilinder. De 1 is wat groter dan de 20, ook duidelijk te zien achterop de auto.

Tekst: Rob Strating
Foto’s: Gianni Agosti

“BMW maakt rijden weer geweldig!”

Senior verkoopadviseur Jan Godeschalk van Hedin Automotive in Goes organiseerde de blauwe 1-serie voor mij en zijn collega Wouter Haulez voorzag me van allerlei informatie.

Vierde generatie
De laatste tijd werd het alsmaar rustiger rondom de kleinste BMW. De wissel van achterwiel- naar voorwielaandrijving een jaar of vijf geleden was daar voornamelijk debet aan, want het kostte de auto zijn spreekwoordelijke levendigheid. De 1-serie had namelijk een ideale gewichtsverdeling van 50- 50%. Dat men bij BMW besloot om hem op het platform van de Mini te zetten (UKL-platform), lokte flink wat reacties uit.
De nieuwste update van eind vorig jaar is echter zó ingrijpend en omvangrijk onder de codenaam F70, dat we inmiddels te maken hebben met de vierde generatie!
De afmetingen: l x b x h = 4,36 9 (+5 cm) x 1,80 (2,07 met spiegels) x1,46(+3 cm) meter. De wielbasis is dezelfde gebleven:2,67 m.
De handgeschakelde zesbak en de 8-traps automaat zijn verdwenen, daarvoor in de plaats is er nu een 7-traps dubbele koppelingsautomaat gekomen.
Vooral het onderstel en het motorenpakket werden flink aangepakt.
Vierwielaandrijving? Alleen de M135  met de tweeliter viercilinder met 300 pk is daarmee uitgerust.

Herkenbaar
Op de een of andere manier komt de nieuwe 1-serie forser over dan de vorige en dat ligt écht niet aan die paar centimeter groei. Hij lijkt ineens volwassener geworden.
Beginnen we bij de voorkant: de grille werd verbreed en wat vlakker gemaakt, het spoilerwerk onder de bumper werd geoptimaliseerd. De adaptieve led-koplampen werden smaller en kregen een andere lichtoptiek.
De blauwe kleur staat hem uiteraard bijzonder goed.
De zijkant bleef in grote lijnen dezelfde, maar de Hofmeisterknick die sinds 1957 alle BMW’s op de C-stijl siert, bevat nu een gestileerde 1.
De mooie 19 inch lichtmetalen wielen draaien prachtig naadloos in de decent uitgeklopte spatschermen.
Vooral van achteren werd hij wat dikker uitgevoerd met de pijlvormige nieuwe achterlichten, de esthetische dakspoiler en de zwarte diffusers in pianolak uitgevoerd.

Het compleet vernieuwde dashboard en de portieren zijn keurig afgewerkt en voorzien van hoogwaardige materialen, zoals zachte kunststoffen, geborsteld aluminium en pianolakken.
Het instrumentenpanel is bij elke BMW van allerlei kleuren voorzien, uiteraard digitaal en via een knop instelbaar. Ik schreef het al meer: ik mis de ronde klokken nog steeds. In de sportstand verschijnt er wel een toerenteller.
Het 10,25 en 10,7 inch curved display is typisch BMW naar de chauffeur gericht.
De bediening van het grote touchscreen heeft een mooie naam: Operating System 9 en werkt op zich prima, al mis ik de i-Drive uit de 5-serie, dat is de draai/duwknop die zeker onder het rijden de bediening wat intuïtiever maakt.
Voorbeeldig zijn de bedieningsknoppen op het stuurwiel, daar kan menig merk écht een voorbeeld aannemen, bijvoorbeeld die om de cruise control in te stellen.
Aan het stuur zijn flippers aangebracht om in de bergen handmatig te schakelen, links kan je de elektromotor een powerboost geven, maar daarover meer tijdens het rijden.
De automaat wordt bediend door een paneel in de middenconsole en dat werkt allemaal prima. Gelukkig is er een op de tast vindbaar fysiek rollertje om de muziek harder of zachter in te stellen. Ook is een deel van de bediening van de klimaatbeheersing fysiek te bedienen en dat betekent toch dat BMW naar de klanten geluisterd heeft…
Je vindt nauwelijks meer leer in de BMW, de materialen van het stuur en de bekleding bestaat voornamelijk uit gerecyclede stoffen uit PET-flessen. Soms moet ik daar wel aan wennen, maar je moet mee in de vaart der milieuvolkeren. Persoonlijk stuur ik al 60 jaar met autohandschoenen, waardoor ik altijd iets meer grip heb, van wat voor materiaal het stuur dan ook gemaakt is.
De stoelen in deze van een M-pakket voorziene BMW zitten als gegoten en geven bij allerlei oefeningen absoluut voldoende steun, heerlijk die lekker lange zitting!
Achterin is zowel de hoofd-als de beenruimte niet overbemeten voor lange mensen en door het accupakket onder de bodem van de kofferruimte is de beschikbare bergruimte met 300 liter toch wat beperkt.

Technische gegevens

  • B-motor: 1,5 liter driecilinder turbo
  • Vermogen 156 pk/koppel: 240 Nm
  • Boring x slag = 82,0 x 94,6 mm
  • E-motor: 20 pk/55 Nm
  • Accu: 48V
  • Systeemvermogen/koppel: 170 pk/280 Nm
  • Acceleratie 0-100 km/h: 7,7 seconden, topsnelheid:226 km/h
  • Tussenspurts
  • 60-100 km/h:4,3 sec.
  • 80-120 km/h: 5,5 sec
  • Geluid bij 100 km/h: 68 dB(A)
  • Verbruik: 5,2/7,2/8,8/ 100 km

Freude am Fahren
Vrijwel meteen nadat ik de auto heb opgehaald, was er weer die klik die ik heb gemist bij zijn voorganger: het stuurgevoel en de manier van reageren. De eerste 10 kilometer op het gemakje de olie op temperatuur brengen, lekker in de sportstoel gaan zitten, zodat mijn sensoren één worden met de het DNA van de 120 en de sportstand ingeschakeld, waarbij het display dan rood wordt.
Mijn eerste gevoel was dus juist, want bij alle oefeningen die ik op de Zeeuwse binnenwegen heb uitgevoerd, blijkt dat het BMW-gevoel gelukkig weer terug is en dat ondanks de voorwielaandrijving. Hij blijft heel lang neutraal bij heftig bochtenwerk, de stijfheid van het onderstel, de combinatie met de schokbrekers, allemaal weer zoals ik het in mijn herinnering had.
De B- en de E-motor werken fantastisch samen en dat heeft te maken met het langeslagprincipe van de driecilinder, waardoor hij onderin de toerenkelder een grote trekkracht bezit én tel daarbij de kracht van de E-motor op die bij lage toerentallen meteen vol tot ontwikkeling komt. 1 + 1 = 2 en deze combinatie leidt tot het bekende BMW-gevoel. Om lekker snel onderweg te zijn, is het verleidelijk om de flippers te bedienen die eigenlijk voorbehouden zijn voor ritten op bergpassen. De linker flipper geeft de elektromotor inderdaad een boost, onderdeel van het BMW-gevoel!
Ga je toeren maken, laat de driepitter zich duidelijk horen, maar dat vind ik niet erg, bovendien weet ik dat het geluid ook nog via de speakers te horen is…
Hij is voorts stevig geveerd en dat hoort wel een beetje bij deze uitvoering.
Last but not least: als je snel rijdt, moet je ook snel kunnen stoppen. Nou daar heeft BMW ook voor gezorgd, want hij bezit goed doseerbare remmen die berekend zijn op de capriolen met het M-onderstel.
Aan de verbruikscijfers zie je nogal wat verschillen en het moge duidelijk zijn dat bij de hier beschreven oefeningen in de sportstand het benzineverbruik oploopt, maar bij een gemiddelde snelheid van 100 km/h in de ecomodus op de cruisecontrol, kwam ik zelfs net even boven de 1 op 20 uit.

Conclusie
Gelukkig is bij de 120 de dynamiek weer terug, het vele werk aan het onderstel en de beide motoren heeft bewezen dat deze vierde generatie weer een échte BMW is.
Het is weer een fijne premiumauto geworden!
De basisprijs komt op € 42.143,-, maar met het M-Sportpakket Pro en het Premiumpack komt de testauto op € 57.221.-

Terug naar de bovenkant van de website